Repit

Bob is een gewoon persoon die een eenvoudig afgemeten leven leidt. Buiten, midden december, sneeuwt het een beetje. Nadat hij even boodschappen heeft gedaan en een groot pak ijs voor zijn dochter, verlaat Bob de winkel en staat op het punt om naar de auto te gaan, maar dan glijdt hij uit, valt en laat de volle kar los. De kar rolt en botst tegen een oudere, maar goed geklede en statig ogende man, waardoor hij op de grond valt. Bob probeert op te staan ​​en weg te rennen om de man te helpen, maar in een oogwenk bevriest alles om hem heen, de wolken worden dikker en een bloedige donkere mist omhult het gebied. Omdat hij geen tijd heeft om bij te komen, kijkt Bob naar de oude man en is geschokt, een donkere gedaante met felrode ogen komt boven de grond uit, opent zijn mond en zegt met een griezelige stem:

Zielige snotaap, ik zal je je menselijke uiterlijk ontnemen, je zult voor altijd proberen om uit de gesloten cirkel van straf te komen en alleen hoop op verlossing van lijden zal je raken!

Voordat de donkere figuur kan eindigen, voelt Bob dat hij begint te falen, ondergronds valt en binnenstebuiten begint te keren. Bob voelt ongelooflijke pijn en landt op zijn nieuwe voeten in een hoekige grot...